vrijdag 16 oktober 2020

Sniff 'n' the Tears - Driver's Seat

 

"Driver's Seat" wordt vaak ten onrechte beschouwd als een lied over het plezier dat autorijden geeft. Niet in de laatste plaats omdat 'A little jiving on a Saturday night' geregeld wordt verstaan als 'A little driving on a Saturday night'. Leadzanger Paul Roberts heeft nooit een probleem gehad met dit misverstand en gelijk heeft hij, want Sniff 'n' the Tears hebben daar aardig wat profijt van gehad sinds "Driver's Seat" in 1979 werd uitgebracht in Engeland. De plaat wordt namelijk veel gebruikt in commercials van auto's en auto-onderdelen, wat natuurlijk aardig wat geld in het laatje van de band heeft gebracht. Sterker nog, "Driver's Seat" werd in Nederland zelfs een nummer 1-hit in 1991 met dank aan een commercial over een autoradio.

Begin jaren 70 was Paul Roberts de zanger van een voorloper van Sniff 'n' the Tears, maar die groep ging in 1974 uit elkaar. Roberts zei de muziek daarop vaarwel en vertrok naar Parijs om zich te richten op een carrière als schilder. In 1977 keerde hij terug naar Londen om zijn schilderijen te tonen en zijn carrière als kunstenaar voort te zetten. Toen Luigi Salvoni - drummer van een band genaamd Moon - even later naar demo's van Roberts ging luisteren, zag hij voldoende potentie om daar een goed eindproduct van te maken. Hij overtuigde Roberts om een nieuwe rockband te starten en samen voegden ze vier andere bandleden toe aan de line-up. Paul Roberts stelde als bandnaam The Tears voor, maar hun manager opperde om daar Sniff 'n' the Tears van te maken. Dit omdat Roberts kampte met hooikoorts en daardoor veel snotterde. Ze tekenden hun platencontract bij het platenlabel Chiswick Records, onderdeel van EMI Group.

Line-up Sniff 'n' The Tears

Paul Robertszang
Loz Nettogitaar
Mick Dychegitaar
Chris Birkinbas
Luigi Salvonidrums
Alan Fealdmankeyboard

"Driver's Seat" was een van de demo's waar Luigi Salvoni naar luisterde. Het lied ontstond in 1973 toen Paul Roberts in een kamer werd gewekt door een muis en het lawaai van een koelkast. Van het geluid dat Roberts toen hoorde, besloot hij daarvan een catchy riff te maken. Vervolgens ging hij een lied bouwen rondom deze riff en het lied werd "Driver's Seat". De plaat gaat dus niet over het plezier van autorijden, maar over hoe je je leven weer op de rit kan krijgen na een verbroken relatie. In Parijs zong hij het in een restaurant, met enthousiaste reacties daarop volgend. Terug in Engeland ging Roberts het lied finetunen met Sniff 'n' the Tears en het eindproduct verscheen op het album Fickle Heart. De solo op de Moog synthesizer aan het einde van de newwavetrack is afkomstig van gastmuzikant Keith Miller.

Om hun single te promoten, traden Sniff 'n' the Tears met "Driver's Seat" op in het Engelse tv-programma Top of the Pops. Het doel was dat de kijkers een dag na de uitzending van hun optreden naar de winkel gingen om de single te kopen, maar ze werden gedwarsboomd door EMI Group. De drukkerij-afdeling ging meerdere weken staken, waardoor er geen singles werden gedrukt. Daardoor kwam "Driver's Seat" in het Verenigd Koninkrijk niet verder dan nummer 42. De single werd succesvoller in de Verenigde Staten, Australië en Canada, waar "Driver's Seat" een top 20-hit werd.

Nederland is het enige land ter wereld waarin niet "Driver's Seat", maar "One Love" de eerste hit werd van Sniff 'n' the Tears. Deze single was afkomstig van hun tweede album The Game's Up en de line-up van de formatie was al hevig gewijzigd. Luigi Salvoni, Alan Fealdman en Chris Birkin hadden de band verlaten. "One Love" kwam niet verder dan nummer 38 in de nazomer van 1980. Niet veel later haalde "Driver's Seat" alsnog de Top 40 en was Nederland een van de weinige landen waar het een top 10-hit werd. Op 29 november 1980 haalde "Driver's Seat" de vierde plaats in de Top 40.

Daarna flopte eigenlijk alles wat Sniff 'n' the Tears op de markt brachten en besloten ze in 1983 een punt achter de band te zetten. Paul Roberts bracht in de jaren daarna twee soloalbums uit, ook zonder succes. Hoewel ze in Nederland dus ook een hitje hadden gescoord met "One Love", worden Sniff 'n' the Tears over het algemeen beschouwd als eendagsvlieg. En hun hit "Driver's Seat" bleek ook een blijvertje te zijn. Het was een populaire track voor gebruik van autocommercials en in 1991 werd het gebruikt bij een commercial van het autoradiomerk Pioneer. Dat zorgde voor hernieuwde belangstelling voor de  klassieker, waardoor het op 29 juni 1991 opnieuw binnenkwam in de Top 40. Het succes uit 1980 werd overtroffen, want "Driver's Seat" steeg op 20 juli 1991 naar de eerste plaats! De plaat bleef drie weken lang de grootste hit van Nederland.

Na het hernieuwde succes kwamen Sniff 'n' the Tears in 1992 bij elkaar en sindsdien zijn ze tot op heden actief gebleven. "Driver's Seat" staat sinds 1999 onafgebroken in de Radio 2 Top 2000. In 2019 was de klassieker terug te vinden op nummer 1118.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten